Ze dreigen met tribunalen voor ministers, maar staan vandaag zelf voor de rechter: drie mannen die complotverhalen verspreiden over kindermisbruik. Het Openbaar Ministerie verdenkt ze van opruiing tot moord en bedreiging aan het adres van RIVM-directeur Jaap van Dissel, demissionair premier Mark Rutte en demissionair minister Hugo de Jonge.
Hun samenzweringstheorieën inspireren ook anderen tot het plegen van strafbare feiten, zelfs een aanslag. Wie zijn de verdachten en hoe belandden ze voor de rechter?
Het gaat om Joost K., Wouter R. en Hans de M. Centraal in al hun theorieën staat de Zuid-Hollandse plaats Bodegraven en het verhaal van Joost K. Hij beweert sinds 2020 hervonden herinneringen te hebben aan satanisch-rituele kindermoorden in Bodegraven in de jaren 80. Kinderen zouden zijn misbruikt en vermoord door satanisten, mensen die de duivel vereren. Onder hen prominente Nederlanders.
K., die in Spanje woont maar is uitgeleverd aan Nederland, beschuldigt onder anderen Jaap van Dissel van betrokkenheid bij het misbruik. Hij zei bijvoorbeeld in een online-videostream: “Wie geeft hem zijn welverdiende nekschot, die is een held.” Van Dissel moest daarop worden beveiligd.
Volgens zijn advocaat, Peter Plasman, beseft K. dat hij te ver is gegaan. “Hij heeft een aantal uitspraken gedaan die niet prettig zijn. Hij zegt: dat had ik niet moeten doen, ik begrijp dat dat strafbaar is en ik accepteer de consequenties daarvan.”
Wel staat K. nog achter zijn beschuldigingen, zegt Plasman. “Hij zegt: ik heb een bepaalde interne drive gehad om dit aan de kaak te stellen, dit moet onderzocht worden.”
Beeld: Nieuwsuur